De Stem

DE STEM IS MIJN TOEGANG TOT MUZIEK

Als kind maakte ik al gedichtjes en droomde ik ervan om liedjes te schrijven en zangeres te worden. Maar ik miste lang het lef om dat ook te doen. Mijn studie aan het conservatorium heeft mij de moed gegeven om niet alleen gedichten te schrijven, maar die ook te vertalen in noten waarmee vervolgens musici weer muziek kunnen maken.”Een interview met componiste Frieda Gustavs, die optreed in de Roode Bioscoop op 29 juni en daar haar award ontvangt. 


Waar is bij jouw het zaadje om componist te worden gelegd? 

“Dat kind zingt de hele dag, ze moet op een koor, vond mijn Duitse grootmoeder. Toen ik permanent in Nederland woonde, zo omstreeks mijn zevende jaar, ging ik inderdaad bij een koor. Op een gegeven moment voelde ik dat ik muziek ook zelf kon bedenken. 

Toen ik op het conservatorium zat begon ik met schrijven voor de stem, maar vrijwel gelijktijdig met het schrijven voor andere instrumenten en het onderzoeken van elektronische muziek. Er zijn heel veel deuren voor mij open gegaan. Maar de stem, dat blijft mijn lievelingsinstrument. Het is zo ongelooflijk persoonlijk, verbonden met wie we zijn en wat we willen zeggen. Hoe verschillend de werken die ik maak ook zijn, er zit altijd een element van stem in.”


Je hebt gecomponeerd voor opera, muziektheater en bent in mei afgestudeerd op de combinatie van muziek en virtual reality. Maar je wilt met het geld van de YAA award je jeugddroom realiseren: je gedichten omvormen naar liedjes. 

“Ik bewaarde ze echt in mijn hoofd, natuurlijk niet zo concreet zoals ze nu geworden zijn. Ik vind het uitdagend om een kort stukje te schrijven dat een klein universum precies schetst. Ik wil een sfeer scheppen waarin we een gesprek kunnen voeren zonder dat we praten. Dat we elkaar aan het denken zetten of herinneringen oproepen. 

Bij de liedjes ben ik zelf helemaal verantwoordelijk, ik sta daar met mijn teksten. Ik wist niet dat ik dat kon en het is enorm persoonlijk.” 


Waar gaan je liederen over?

“Mijn teksten komen tot stand op momenten waarin ik niet zo goed weet wat er in het leven belangrijk is. Ik heb gedichten nodig om voor me zelf weer een rustig gevoel te krijgen over de schoonheid van het alledaagse leven. Juist op de momenten waarin ik emotioneel, chaotisch of in de war ben. Mijn teksten gaan vaak over hoe ik de wereld beleef, wat ik mooi vind aan de wereld wat me kwaad maakt in die wereld.”


Raken jou bepaalde specifieke thema’s?

“Er gebeuren absurde dingen op deze planeet. Er zit zoveel pijn in de samenleving. Ik heb tot nu toe het geluk gehad dat ik niet vaak echt pijnlijke dingen heb meegemaakt. Maar als dat wel zo is dan geeft dat mij stof om gedichten te schrijven. Hoe we als mensen met elkaar omgaan. In extreme situaties heb ik het lef niet om daar direct iets van te zeggen. Wat ik dan had willen zeggen verwerk ik in een gedicht. Soms groeit dat uit tot een lied. 

Mijn liedjes zijn persoonlijker dan de muziek die ik componeer voor andere musici. Maar altijd wil ik de energie die ik als persoon heb vertalen in het fysieke van muziek, aan een lichaam dat die klank auditief vorm geeft. Muziek is meer dan woorden.” 


Je bent afgelopen mei geslaagd voor het conservatorium.  Hoe hielp dat je te ontwikkelen tot componist?

“Het conservatorium is natuurlijk ook conservatief en je leert vanuit de traditie: over muziek die mensen in de loop van de geschiedenis bedachten. Ik heb altijd die drijfveer gehad om zelf te maken, zelf te ontdekken hoe het werkt en niet aan de hand van regels en smaken die er al zijn. Mijn docenten hebben me daar altijd de ruimte voor gegeven en daar ben ik enorm dankbaar voor.”


Je opende met de opmerking dat het conservatorium je de moed heeft gegeven. Speelde Wim Henderickx, die jou voordroeg voor de YAA award, daarbij een rol?

“Klopt. Tijdens mijn hele bachelor opleiding kreeg ik les van Wim. Hij gaf me de moed om iets uit te proberen. Muziek is magisch en mysterieus, maar sommige dingen werken niet met bepaalde instrumenten en dan moet je leren hoe je het anders kunt aanpakken. Naast zelf uitproberen kun je ook veel leren van een docent die jou uitlegt dat als je iets zo doet, dat op het podium dit zal gebeuren. Hij juichte me als een ‘cheerleader’ toe; ga er voor, ga het proberen, is het zoals je je het had voorgesteld? Hij is gericht op het positieve in het maakproces. Na zijn les wilde ik meteen gaan zitten en doorwerken.” 


In de Roode Bioscoop zing je vijf liederen. Kun je jouw stijl omschrijven? 

“Ik heb heel veel inspiratiebronnen: van Nora Jones tot James Blake. Maar ook andere alternatieve pop, elektronische muziek of hiphop kunnen heel inspirerend zijn. Hiphop vooral vanwege het spel tussen woord en ritme. Het kunnen zelfs geluiden zijn van de straat of een tram die langs rijdt. Als het maar bij de woorden past, bij datgene dat ik wil zeggen aan het publiek.” 


Mogen we een lied van jou als preview? 


NIEMANDSLAND


Kan jij iets zien achter het wit?

Misschien een hijskraan tussen paden die vergaan achter jouw stappen op sokken vol gaten

Op sokken vol gaten, je voeten op het ijs

Misschien alleen niet in de zomer en ik wil niet meer op reis, want ik wil dansen tussen bomen, berken, die ik plant in de kamer met behang

In de kamer met behang, wou ik dat ik de afwas was

In alle hoeken en gaten

Dirigeer me op mijn weg naar de haven

Redigeer mijn handleiding tot je weet wie ik ben


Hier word ik oud en hier houd ik op

Misschien adem ik morgen weer en ren ik 

naar mijn niemandsland

naar mijn rand

naar mijn grens



INSCHRIJVEN 

Nieuwsbrief 

NIEUWSBRIEF

Share by: